Home Australian Labradoodle Brabant Onze meiden Onze jongens Pup info Planning nestjes Gallerij Voor fokkers Gastgezin Onze toy poodles Contact Privacy
Nederlands

Wie ben ik?

Hoi, ik ben Julienne van Bemmel en Sofie is mijn eerste Australian Labradoodle! Doodle? Een Australian Labradoodle! Zachte vacht, begrijpende ogen, slim en een enorme knuffelkont.

Dat is, behalve ook nog geschikt voor mensen met een allergie, wat de Australian Labradoodle tot een perfecte huisgenoot maakt.

De Australian Labradoodle is erg aanhankelijk en wijkt geen moment van je zijde, daardoor wint ze steeds meer terrein als hulphond. Dat dit ras met respect en beleid gefokt moet worden is daarom een must.

Ik wil hier graag aan meewerken. Begonnen met Sofie en inmiddels al een klein elftal die in geweldige gastgezinnen wonen zodat ze alle aandacht krijgen die ze nodig hebben. Al mijn pups groeien op in alle vrijheid op in en om huis. Hierdoor zullen zij de stap naar hun nieuwe wereld nieuwsgierig en vrij tegemoet doodlen.

xxx Julienne & Sofie

Wat mag u van mij verwachten

Mijn honden zijn echte gezinshonden. Zij leven samen met mij en mijn man Marcel in huis. Behalve vier geweldige doodles woont ook Toon de ruwharige dwergteckel er inmiddels al 10 jaar. Het is een druk maar gezellig gebeuren bij ons in huis. Ook de pups zullen in huis worden geboren en gesocialiseerd. Zij wennen op deze manier aan alle dagelijkse dingen die een huishouden teweeg brengt! Als de pups er aan toe zijn mogen ze de eerste stapjes in de grote wereld zetten, die zich dan nog beperkt tot onze huiskamer, maar als het weer het toe laat mogen ze naar buiten om daar de boel op stelten te zetten.

Verder hebben deze doodletjes veel liefde en knuffels nodig waar het ze hier zeker niet aan zal ontbreken. Het mooie van de doodles is dat je alles van hun dubbel en dwars terug krijgt! Ook het doodle virus haha

Julienne
Labradoodles Dalton en Kaat (transparant)

Korte geschiedenis van het ras

De Australian Labradoodle is het resultaat van de zoektocht naar een allergievriendelijke geleidehond, welke sinds het begin van de 70-er jaren gefokt wordt. Wally Cochran was de eerste die ging fokken met een Labrador en een standaard Poedel en gaf het resultaat de naam Labradoodle. Tegan Park en Rutland Manor in Australië gingen door met het werk van Cochran en werden de grondleggers van de Australian Labradoodle. De Australian Labradoodle is geen simpele kruising tussen een poedel en labrador. Een heel selectief fokprogramma met op gezette tijden infusies van andere rassen heeft er voor gezorgd dat de Australian Labradoodle zijn bijzondere eigenschappen heeft. De Australian Labradoodle heeft een vriendelijk, sociaal karakter en een allergievriendelijke vacht. Australian Labradoodles hebben een golvende of krulvacht en geven geen lichaams- of vachtgeur af. Dit alles maakt de Australian Labradoodle een ideale familie hond voor mensen die normaal geen hond zouden kunnen houden.

Ras beschrijving

De Australian Labradoodle heeft een atletisch, gracieus en compact voorkomen. Het is een opgewekte en energieke hond, maar een getrainde Labradoodle is een zachte en rustige hond. Ze zijn eenvoudig te trainen en reageren op mensen en kinderen vriendelijk en blij. Ze maken een speciaal oog contact. Zijn ook zeer geschikt als hulphond en worden ook ingezet bij kinderen met ADHD- en ASS-problematiek. Ze hebben een golvende of krullerige vacht die niet mag ruien en is allergievriendelijk.

De verhouding hoogte x lengte moet 10 tot 12 zijn en een compacte indruk geven met hoekige schouders en stevige ellenbogen. De achterhand is gemiddeld gehoekt met een kort en sterk spronggewricht. Een sterke uitgestrekte beweging bij draf welke het voorkomen geeft “we komen ergens”. Ontspannen of tijdens het spel zullen ze huppelen en slechts zacht de grond raken. Het zijn galopperende honden en daarom dienen de flanken goed op de borst te staan.

Kleur

De kleur is divers, o.a. gebroken wit (chalk), crème (shades of cream), zwart, rood, café au lait, bruin (chocolate), abrikoos (apricot) en zilver. Het pigment is leverkleurig of zwart. Hazelnootkleurige ogen komen vaak voor bij de honden met leverkleurig pigment, bruine of zwarte ogen bij het zwarte pigment.

(Dit zijn richtlijnen, onderlinge verschillen komen voor)

Ras (tabel)

Labradoodle? Australian Labradoodle? Multigeneratie? Wat is nu het verschil?

Door Curtis Rist van Hudson Labradoodles, gebaseerd op informatie verkregen van de grondlegger van dit ras; Angela Rutland Manners van Tegan Park (Gepensioneerd fokker) Vrij vertaald door Nanja de Koning, Dog’s Paradise Labradoodles

De grappige naam Labradoodle doet de honden die rechtstreeks afstammen van de bloedlijnen van Tegan Park en Rutland Manor feitelijk geen eer aan. Het ras begon oorspronkelijk als een Poedel – Labrador kruising, maar door inmenging met tenminste 6 andere rassen door Tegan Park, is de Australian multigen Labradoodle veel meer dan alleen maar een Poedel – Labrador kruising. Hier volgt een uitleg van de genen-samenstelling van de verschillende generaties Labradoodles (Zoals de F1, F1B en F2) en de Australian multigeneratie Labradoodle, om u het verschil duidelijk te maken;

F1

Vanaf het moment dat Gregor Mendel begon te experimenteren met erwtjes, werd de eerste generatie van een kruising een F1 genoemd. Bij de Labradoodles is dit dus een kruising tussen een labrador en een poedel. Een F1 draagt dus 50 % van de genen van een labrador bij zich en 50% van de genen van een poedel.

F1B

Doordat F1′s meestal verharen, worden ze soms teruggekruist met een poedel in de hoop een stabielere vacht te creëren. Deze nakomelingen hebben dus 3 poedels als grootouders en hebben dan ook 75% van hun genen van de poedel. Daarom is het ook logisch dat zij niet zullen verharen; de poedel zelf is een niet-verharende hond.

F2, F3, F4 en Multigen Labradoodles

Wanneer twee F1′s met elkaar worden gekruist, krijg je een F2; twee F2′s geven een F3 enz.

Vanaf de derde generatie worden ze multi-generatie genoemd, ”Maar dit zijn nog steeds geen Originele Australian Labradoodles”. Genetisch zijn ze gelijk aan een F1 ; ze dragen ook 50 % van de genen van een labrador bij zich en 50% van de genen van een poedel.

Als een F1B gekruist wordt met een F1 zal het percentage poedel in de F2 die je dan krijgt zelfs nog hoger liggen, namelijk op 62,5 % ((50% + 75%)/2) Dit geldt ook voor F2B x F2 of F3B x F3.

De originele Australian Labradoodle

De genetische samenstelling van de Australian Labradoodle is anders dan dat van de “multi-gen” doordat er diverse andere rassen doorheen gemixt zitten (tenminste 6 andere rassen door Tegan Park alleen al). Een Australian Labradoodle heeft dus als extra een behoorlijk percentage genen van deze toegevoegde rassen erbij. Het percentage poedel-genen is ook wat groter dan het percentage labrador-genen, maar wel kleiner dan 50%. Natuurlijk is dit wel het ideaalbeeld voor het ras en kan dit per Australian Labradoodle enigszins afwijken.

Het percentage genen van de toegevoegde rassen maken het verschil…